Marasmius siccus
Wat je moet weten
Marasmius siccus is een kleine, saprobische basidiomycete oranje tot lichtoranje paddenstoel. Hij groeit in groepen op bladafval of dood hardhout. De soort heeft een grote geografische verspreiding en kan in wezen van kust tot kust worden gevonden in de Verenigde Staten. De hoed ziet er apart uit door de plooien die over de lengte van de hoed lopen. De steel onderscheidt zich van andere paddenstoelen doordat de steel erg dun is en bestaat uit hard weefsel dat niet buigzaam is.
De lamellen en het vlees onder de hoed zijn wit; de lamellen hechten vast aan de steel. De kleur van de stengel wordt lichter naarmate de stengel dichter bij de hoed komt.
Andere "pinwheel" Marasmius soorten zijn onder andere Marasmius rotula en Marasmius capillaris, met witte hoed; Marasmius pulcherripes, met roze hoed; en Marasmius fulvoferrugineus, met roestbruine hoed. De oranje kleur van Marasmius siccus vervaagt bij ouder worden of droog weer; dan heeft hij minder opvallende kleuren.
Hoewel ze niet giftig zijn, zijn ze te klein om als voedsel te worden beschouwd.
Andere namen: Oranje Pinwheel.
Paddenstoel identificatie
Ecologie
Saprotroof op bladafval en houtachtige resten in loofbossen (en soms op de naaldvulling van witte den); groeit meestal kuddevormig; zomer en herfst; wijd verspreid ten oosten van de Rocky Mountains.
Kap
5-30 mm; kussen- of klokvormig, met een knobbel of een centrale depressie; opvallend geplooid; glad of minutieus geruwd; droog; kaal; oranje wanneer vers, vervagend naar lichtoranje.
Lamellen
Aan de stengel vastgehecht of er vrij van; zeer afstandelijk; wit tot lichtgeel.
Steel
2.5-6.5 cm lang; ongeveer 1 mm dik; gelijkmatig; droog; pezig; witachtig of gelig van boven, bruin naar de basis toe; kaal; basaal mycelium wit.
Vlees
Dun; niet-substantieel.
Geur en smaak
Smaak mild of licht bitter; geur niet uitgesproken.
Chemische reacties
KOH op dopoppervlak negatief.
Sporenafdruk
Wit.
Microscopische Kenmerken
Sporen 15-23.5 x 2.5-5 µ; glad; spilvormig, cilindrisch of knotsvormig; inamyloïd. Pleurocystidia cilindrisch, kegelvormig, spoelvormig of spoelvormig-ventricose; tot ongeveer 70 x 15 µ; dunwandig. Cheilocystidia als dextrinoïde bezemcellen. Pileipellis hymeniform, met dextrinoïde bezemcellen.
Bronnen:
Foto 1 - Auteur: Michael Hodge (Toeschrijving 2.0 Algemeen)
Foto 2 - Auteur: David Heise (Naamsvermelding-NietCommercieel 2.0 algemeen)
Foto 3 - Auteur: Dinesh Valke (Naamsvermelding-GelijkDelen 2.0 Algemeen)



